Werkboek Studielift123

28 Intrinsieke en extrinsieke motivatie Lesblok 30 minuten Onderwerp Inzicht / zelfkennis Boek Hoofdstuk 8, pagina 137-139 Werkblad 18 Werkvorm Individueel of in tweetallen werken 18 In eerdere blokken hebben we naar mindset en het ontwikkelen van een groeimindset gekeken. Mindset gaat over de mate van zelfvertrouwen en het erin geloven dat je in staat bent bepaalde dingen te kunnen. Kies je voor het vertrouwde, de oude veilige manier waarvan je soms weet dat het niet werkt, of begrijp je dat juist het proberen van nieuwe tactieken of mogelijkheden jou verder kan brengen? Motivatie gaat over de wil of de drive om iets te doen. Alles wat je doet, doe je met een reden. Waarom beoefen jij een hobby of sport? Waarom wil je graag verder leren na de middelbare school? Het ‘waarom’ is gebaseerd op jouw motivatie. Deze kan van binnenuit komen, de zogenaamde intrinsieke motivatie. Of deze kan van buitenaf komen, dit noemen we extrinsieke motivatie. Je doet dan iets, omdat je een beloning krijgt of juist een straf probeert te voorkomen. Intrinsieke motivatie is jouw interne drive om dingen graag te willen of te kunnen. Als je iets écht heel graag wilt, en je gaat ervoor, dan lukt het ook meestal. Als je taken vanuit intrinsieke motivatie uitvoert, gaan deze meestal makkelijker en kosten je minder energie. Sterker nog, je krijgt er vaak energie van. Je voert de taak uit, omdat je het leuk, interessant en boeiend vindt. De uitdaging en het beter worden in die taak is al de beloning, daar hoef je van anderen niets voor te krijgen. Denk maar eens aan jouw favoriete sport of hobby. Extrinsieke motivatie komt niet vanuit jezelf, maar wordt door anderen ‘opgelegd’. Anderen verwachten of verlangen iets van jou en jij wilt aan die verwachting voldoen. Je gaat met de taak aan de slag, omdat je weet dat er een beloning volgt, zoals een goed cijfer of salaris. Je kunt ook een taak oppakken om straf of negatieve reacties te voorkomen, zoals slechte cijfers waardoor je blijft zitten en een schooljaar over moet doen. Je bent zelden alleen maar intrinsiek of extrinsiek gemotiveerd, vaak is het een combinatie van beiden. Laat de leerlingen in hun werkboek aangeven in hoeverre zij intrinsiek of extrinsiek gemotiveerd zijn voor wat betreft: • Sport of hobby • School • Huiswerk • Bijbaan/werk/_____________________ (vrij in te vullen) Laat hen vervolgens één onderdeel waar zij intrinsiek voor gemotiveerd zijn omschrijven en één onderdeel waar zij extrinsiek voor gemotiveerd zijn omschrijven. Wat maakt dat zij voor dat onderdeel intrinsiek/extrinsiek zijn gemotiveerd?

RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc3MDc=