Studielift123 | JUNIOR

8 Onderwerp: Plannen Les: Afkortingen vakken en huiswerk maken Lesdoel Ik weet hoe ik aan het eind van de lessen in de brugklas snel mijn huiswerk met behulp van afkortingen kan opschrijven in mijn agenda. Introductie In de vorige les hebben we gekeken naar hoe een goede agenda er voor jou uitziet. Belangrijk hierbij is, dat je voldoende ruimte hebt om al je huiswerk in je agenda op te kunnen schrijven, want je hebt straks wel 12-15 vakken waar je huiswerk voor kunt krijgen. Uitleg Als je maar weinig tijd hebt om je huiswerk op te schrijven In de brugklas heb je elk lesuur een ander vak, waarvoor je ook nog naar een ander lokaal moet. Dat betekent dat je aan het eind van elke les snel je huiswerk op moet kunnen schrijven, tas inpakken en door naar de volgende les gaat. Maar hoe schrijf je je huiswerk zo snel mogelijk op? Dat doe je met behulp van afkortingen. Soms heeft de school al afkortingen voor je gemaakt, die je kunt gebruiken voor de schoolvakken, maar het is slim om hier nu al mee te oefenen. Aan de slag Schrijf hieronder van alle schoolvakken en soorten huiswerk een afkorting, probeer deze van maximaal 3 letters te maken. Bijvoorbeeld: Lezen = lez. Kun je extra soorten huiswerk of vakken bedenken, zet deze er dan meteen bij. Afsluiting Bespreek met de leerlingen: Wat heb je deze les geleerd? Hoe gaat dit jou helpen in de brugklas? Wat vond je moeilijk / makkelijk? Laat een aantal leerlingen een voorbeeld van een afkorting uit zijn/haar werkboek benoemen. De volgende les gaan we kijken hoe je je huiswerk vanuit Somtoday of Magister (of een andere Electronische LeerOmgeving) kunt overnemen in je agenda en wanneer je dit het best kunt doen. Huiswerk (i.v.t.) – maak de lijst met afkortingen in je werkboek af.

RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc3MDc=