Theorieboek Studielift123

66 Woordweb Een woordweb of woordspin is een schematisch overzicht van begrippen die samenhangen met een centraal begrip. Het centrale begrip staat in het midden van het web, de andere begrippen zijn eromheen gegroepeerd. Elk begrip staat in een kader en alle kaders worden middels rechte lijnen met elkaar verbonden. De kaders kunnen cirkelvormig, rechthoekig of in wolkvorm worden gemaakt. Het makkelijkst is om te starten met de begrippen op kleine post-its te schrijven en om het centrale onderwerp heen te plakken. Dan kun je daarna de begrippen die bij elkaar horen rangschikken, waardoor je woordweb uiteindelijk overzichtelijk en duidelijk wordt. Zet vervolgens alle begrippen in kaders op papier. Tussen alle kaders trek je rechte lijnen om ze met elkaar en het centrale onderwerp te verbinden. Een woordweb kun je gebruiken bij: → Het brainstormen over een werkstuk of spreekbeurt. → Het ordenen van teksten. → Het activeren van voorkennis bij een nieuw hoofdstuk. → Het maken van een presentatie. → Het voorbereiden van een mindmap. → Het brainstormen over een bepaald onderwerp/probleem/vraagstuk. De begrippen kun je vinden met behulp van 5 W + H-vragen of door het inzetten van de zintuigen, bijvoorbeeld bij biologische of scheikunde processen: Op de pagina hiernaast zie je een voorbeeld van een woordweb over het weer. Zien: wat voor beeld heb je ervan? Horen: wat zou er te horen zijn? Voelen: wat voel je erbij? Proeven: hoe verandert de smaak? Ruiken: hoe zou het ruiken? Wie zijn erbij betrokken? Wat is er aan de hand? Hoe komt dat? Waar gebeurt het? Wanneer is het gebeurd?

RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc3MDc=